MIRAKELS

In de rottenversiering zijn de hoofdthema’s beelden uit het leven van Maria en interpretaties van haar veelvuldige titels, zoals die van “Stella Maris”, een uitbeelding die sinds jaar en dag “toebehoort” aan het rot rond de Windmolenstraat. De weergave is door de jaren heen met de tijd meegegaan en zo zagen we een veld van gekleurde gipsen Virga Jessebeelden in het gras aan het Cultureel Centrum, een graffitischildering rond het thema Virga Jesse in de Dokter Willemsstraat, …

Een aparte plaats nemen vier bekende mirakels in die aan de Virga Jesse worden toegeschreven. Ze hebben niet enkel hun plaats in de versieringen van de rotten. Zo dook de Dolende Man prominent op in de ommegang van 1996, die de zoekende mens als thema had. Elke keer opnieuw zorgen rotten of theatergroepen uit gans Hasselt ook voor theateropvoeringen op straten en pleinen of in parken.

 

Het Kind van de Morin

Aan het Virga Jessebeeld zijn ooit veel sieraden geschonken. Eén ervan is een zilveren rokje voor het kindje Jezus. De overlevering zegt dat het geschonken werd door een “Morin”, die met haar kindje logeerde in de herberg “In Kermpt” in de Kapelstraat. De legende wil dat de moeder aan het venster van de verdieping zat, terwijl haar spelend kindje door het zoldervenster naar buiten keek; het kind viel naar beneden en kwam op de straatkeien terecht.

Toen ze buiten kwam, was het kindje al dood. Op aanraden van mensen die waren toegesneld, bracht ze het kindje tot voor het Virga Jessebeeld en zowaar, het kindje kwam terug tot leven. Een wonder was geschied. In de Kapelstraat aan het desbetreffende huis beeldt men sinds jaar en dag dit mirakel uit. Het zilveren kleedje, dat erkend is als Vlaams Topstuk, wordt bewaard in Het Stadsmus.

 

De Dolende Man

Een man, Christianus, was op bedevaart gegaan naar Rutsemedouwe (Rocamadour in Frankrijk). Bij nacht en ontij verloor hij in een uitgestrekt woud de weg. Hoe hij ook zocht, hij geraakte niet opnieuw op de goede weg. Het was alsof hij in een kring rondliep. Telkens kwam hij op dezelfde plaats uit. 

In uiterste nood riep hij uit: “Virga Jesse, red mij”. Plots was het alsof Maria hem bij de hand nam en hem probleemloos uit de bossen en moerassen waarin hij zo hopeloos had rondgedoold, naar Rutsemedouwe leidde.

Bij zijn terugkeer bracht hij een bezoek aan de Virga Jesse in Hasselt en vertelde hij over zijn redding.

 

De Dief op het Hek

Door de eeuwen hadden Hasselaren en pelgrims het beeld van de Virga Jesse begiftigd met gouden en zilveren sieraden en kronen, kostbare edelstenen, paternosters in edelmetaal, kanten jurkjes enz.

Dit alles was zo waardevol dat een dief alles in de nacht van 16 augustus 1659 wilde stelen. Hij had een zak volgepropt met de mooiste rijkdommen en was over het hek tussen koor en dwarsbeuk aan het klimmen, toen hij vaststelde dat hij muurvast bleef zitten aan het hek. Wat hij ook probeerde, hij geraakte niet los.

Toen de gerechtsdienaars hem kwamen aanhouden, hadden zij geen enkele moeite om hem van het hek te lichten. 

Vroeger bestond een traditie om bij het afsluiten van de feestperiode de dief van het hek te halen en door de straten van de stad te voeren, om hem vervolgens voor zeven jaar in een kelder op te sluiten. 

Een schilderij van dit mirakel is opgenomen in de vaste opstelling van het Stadsmus.

 

 

De Schaliedekker

Frans de Pré, een schaliedekker, was op 11 september 1630 aan het werk op de Grote Markt. Door een onvoorzichtigheid viel hij plots. In zijn val riep hij de hulp van de Virga Jesse in en het was alsof zijn val bruusk afgeremd werd, zodat hij zich nog juist aan de dakgoot kon vastklampen. Zijn verschrikte knechten staken hem de ladder toe zodat hij zich verder zelf kon redden. De burgemeester, die over de markt liep, zag het allemaal gebeuren. Een schilderij uit de 17de eeuw beeldt dit mirakel uit.

 

Minder bekende mirakels

Een aantal mirakels zijn minder bekend en komen ook niet voor in de straatversieringen.

Zo werd in 1867 de Virga Jesse aanroepen om de veepest (onder de Hasseltse jeneverstokers) te stoppen die was uitgebroken in de ossenstallen van de jeneverstokers: dit verhaal vind je op de pagina over de kroning van het beeld.

Een ander mirakel stamt uit de Tweede Wereldoorlog: in de nacht van 3 op 4 november 1944 sloeg een bom een groot gedeelte van de Virga Jessekerk tegen de grond. Twee pootjes zijn de enige overblijfselen van de preekstoel die afkomstig was van de abdij van Herkenrode. Gelukkig liep het altaar, ook afkomstig van Herkenrode, het meesterwerk van de belangrijkste Luikse barokbeeldhouwer Jean Del Cour, geen schade op. Het Virga Jessebeeld stond die nacht in het midden van de kerk. Antoine Lenaerts haalde het beeld van onder het puin. Het was slechts licht beschadigd. Een wonder!